Mevrouw Blank gaat naar haar advocaat Karels om hem een klusje op te laten knappen. Ze is een nichtje van Barones de Hagen. De zoon en schoondochter van de barones zijn gestorven en mevrouw Blank zou de enige erfgename zijn, mits het kleine zoontje er niet meer zou zijn. Karels moet ervoor zorgen dat het zoontje verdwijnt, zodat mevrouw Blanks over tien jaar het geld kan opeisen. Het zoontje groeit op in een zigeunerfamilie, maar op een dag komt hij erachter dat dit niet zijn familie is. Wat gaat er gebeuren? Zal mevrouw Blank alsnog haar geld krijgen?